MEREL – KOKEN VOOR TWINTIG MENSEN


Ik werkte in de horeca en tijdens corona had ik niks te doen. Toen zei iemand: ‘Ga koken bij het Koffiehuis.’ En dat doe ik nu nog steeds, ook al heb ik inmiddels een fulltime baan. Maar elke zaterdag sta ik hier in alle vroegte in de keuken. Ik zet koffie voor alle daklozen die binnendruppelen, soms zijn er snacks gedoneerd door de winkels uit de buurt: croissants of pindakaas. Dan ga ik inventariseren wat ze willen eten en loop naar de supermarkt hiertegenover. Ik heb een budget van 30 euro om voor zo’n twintig mensen een warme lunch te verzorgen. Dat is wel een uitdaging. Ook omdat ze allemaal van verschillende afkomst zijn. Sommigen houden van pittig en gekruid, anderen juist niet. En het moet zacht zijn: de meesten hebben nog maar weinig tanden in hun mond. Er zijn wel meer plekken in de stad met eten voor daklozen, maar wat deze plek onderscheidt, is dat ze eerst werken en dan lekker kunnen zitten en eten van echte borden. Er is hier veel duistere humor, daar moet je wel tegen kunnen. En hard, dat is het ook. Ik had een keer een Libische jongen geholpen zijn droom met paarden te realiseren, maar toen het zo ver was, werd de stress hem te groot. Vaak is er te veel gebeurd om nog echt te kunnen veranderen. Mijn vrienden doen alsof ik een soort barmhartige Samaritaan ben, maar dat is onzin. Ik geef om die jongens, met al hun ingewikkeldheid, en ik mis ze echt als ik ze een tijdje niet zie.